Studie Openbaring
Studie Openbaring 9 en 16. De drie weeën.
- Ter inleiding.
- Openbaring 16:10 en 11. Verduistering.
- Openbaring 9. De vijfde plaag, de eerste wee.
- Openbaring 9:1 De gevallen ster.
- Openbaring 9:2 Het openen van de put des afgronds.
- Openbaring 9:3 De uitbeelding van de sprinkhanen.
- Openbaring 9:4 Het beschadigen van de mensen.
- Openbaring 9:5 De macht om te pijnigen voor vijf maanden.
- Openbaring 9:6 Uitzichtloos leiden.
- Openbaring 9:7 Hoe zien ze eruit?
- Openbaring 9:8 Hoe zien ze eruit?
- Openbaring 9:9 Hoe zien ze eruit?
- Openbaring 9:10 Hoe zien ze eruit?
- Openbaring 9:11 De schorpioenenkoning.
Ter inleiding.
We hebben in de vorige studie de eerste vier
bazuinen vergeleken met de eerste vier fiolen. Daar konden we zien
dat er van Gods wege een oordeel kwam over respectievelijk: de
aarde, de zee, de fonteinen der wateren en de hemel (meer in het
bijzonder de zon).
Dat waren de eerste vier, dus er volgen nog
drie. En dat valt dan ook te lezen in het laatste vers van
Openbaring 8.
Opb.8:13 En ik zag, en ik hoorde een engel
vliegen in het midden des hemels, zeggende met grote stem: Wee, wee,
wee, dengenen, die op de aarde wonen, van de overige stemmen
der bazuin der drie
engelen, die nog bazuinen zullen.
Even een zijstap. In dit vers lezen we “die
op de aarde wonen”. Dit is een redelijk vaste uitdrukking in
Openbaring. Verder komt dit niet echt in de Bijbel voor. Niet echt,
in de zin van niet met deze betekenis. Want de gedachte hier is dat
in de dagen vanaf Openbaring 4 ongeveer het duidelijk is geworden
dat er mensen zijn en andere levende wezens en dat mensen op de
aarde wonen en er naast de aarde dus ook een plek is waar wezens
leven.
Dat ik niet uit m’n nek klets, laat ik u
graag zien uit onderstaande rijtje van in ieder geval al 12 plekken
waar het in Openbaring voorkomt. En als u notie heeft genomen van de
studies over engelen op mijn site, dan begrijpt u waarschijnlijk wel
waarom Openbaring hier zoveel nadruk op legt.
Heeft u dat nog niet gelezen, niet getreurd.
In het rijtje hieronder staat ook Opb.12:12. Dat is feitelijk de
sleutel in het verstaan van deze uitdrukking in Openbaring.
1.
Opb.3:10 Omdat
gij het woord Mijner lijdzaamheid bewaard hebt, zo zal Ik ook u
bewaren uit de ure der verzoeking, die over de gehele wereld komen
zal, om te verzoeken, die
op de aarde wonen.
2.
Opb.6:10 En zij
riepen met grote stem, zeggende: Hoelang, o heilige en waarachtige
Heerser, oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet van degenen,
die op de aarde wonen?
3.
Opb.8:13 En ik
zag, en ik hoorde een engel vliegen in het midden des hemels,
zeggende met grote stem: Wee, wee, wee, dengenen,
die op de aarde wonen,
van de overige stemmen der bazuin der drie engelen, die nog bazuinen
zullen.
4.
Opb.11:10 En
die op de aarde wonen,
die zullen verblijd zijn over hen, en zullen vreugde bedrijven, en
zullen elkander geschenken zenden; omdat deze twee profeten degenen,
die op de aarde wonen, gepijnigd hadden.
5.
Opb.12:12 Hierom
bedrijft vreugde, gij hemelen, en gij, die daarin woont! Wee
dengenen, die de aarde en
de zee bewonen, want de duivel is tot u afgekomen, en heeft
groten toorn, wetende, dat hij een kleinen tijd heeft.
6.
Opb.13:8 En
allen, die op de aarde
wonen, zullen hetzelve aanbidden, welker namen niet zijn
geschreven in het boek des levens, des Lams, Dat geslacht is, van de
grondlegging der wereld.
7.
Opb.13:12 En het
oefent al de macht van het eerste beest, in tegenwoordigheid van
hetzelve, en het maakt, dat
de aarde, en die daarin wonen het eerste beest aanbidden,
wiens dodelijke wonde genezen was.
8.
Opb.13:14 En
verleidt degenen, die op
de aarde wonen, door de tekenen, die aan hetzelve te doen
gegeven zijn in de tegenwoordigheid van het beest;
9. zeggende tot
degenen, die op de aarde
wonen, dat zij het beest, dat de wond des zwaards had, en
weder leefde, een beeld zouden maken.
10. Opb.14:6
En ik zag een anderen engel, vliegende in het midden des hemels, en
hij had het eeuwige Evangelie, om te verkondigen dengenen,
die op de aarde wonen,
en aan alle natie, en geslacht, en taal, en volk;
11. Opb.17:2
Met welke de koningen der aarde gehoereerd hebben, en
die de aarde bewonen
zijn dronken geworden van den wijn harer hoererij.
12. Opb.17:8
Het beest, dat gij gezien hebt, was en is niet; en het zal opkomen
uit den afgrond, en ten verderve gaan; en
die op de aarde wonen,
zullen verwonderd zijn (welker namen niet zijn geschreven in het
boek des levens van de grondlegging der wereld), ziende het beest,
dat was en niet is, hoewel het is.
Terug naar begin
Openbaring 16:10 en 11. Verduistering.
Ik begin voor het gemak eerst even bij de
vijfde fiool in Openbaring 16. Daar is ingezoomd op de troon van het
beest. Met andere woorden het antichristelijke wereldrijk.
Opb.16:10 En de vijfde engel goot zijn fiool
uit op den troon van het beest; en zijn rijk is verduisterd
geworden; en zij kauwden hun tongen van pijn;
Opb.16:11 En zij lasterden den God des hemels
vanwege hun pijnen, en vanwege hun gezweren; en zij bekeerden zich
niet van hun werken.
Terug naar begin
Openbaring 9, de vijfde plaag, de eerste wee.
Dus leggen we Openbaring 9 ernaast.
Opb.9:1 En de vijfde engel heeft gebazuind,
en ik zag een ster, gevallen uit den hemel op de aarde, en haar werd
gegeven de sleutel van den put des afgronds.
2 En zij heeft den put des afgronds geopend;
en er is rook opgegaan uit den put, als rook eens groten ovens;
en de zon en de lucht is
verduisterd geworden van den rook des puts.
3 En uit den rook kwamen sprinkhanen op de
aarde, en hun werd macht gegeven, gelijk de schorpioenen der aarde
macht hebben.
4 En hun werd gezegd, dat zij het gras der
aarde niet zouden beschadigen, noch enige groente, noch enigen boom,
dan de mensen alleen, die het zegel Gods aan hun voorhoofden niet
hebben.
5 En hun werd macht gegeven, niet dat zij hen
zouden doden, maar dat zij zouden van hen gepijnigd worden vijf
maanden; en hun pijniging
was als de pijniging van een schorpioen, wanneer hij een mens
gestoken heeft.
6 En in die dagen zullen de mensen den dood
zoeken, en zullen dien niet vinden; en zij zullen begeren te
sterven, en de dood zal van hen vlieden.
Het gaat me in eerste instantie om de
overeenkomst tussen de vijfde fiool en bazuin. De verduistering (5de
fiool) over het antichristelijke rijk komt dus door rook (5de
bazuin). En uit die rook, maar dat konden we niet opmaken bij de
vijfde fiool, komen schorpioenachtige sprinkhanen die de mensen
steken. Nu begrijpen we ook de zweren en de helse pijn. Bij de
vijfde fiool lezen we dat “zij kauwden hun tongen van pijn”. Het
lijkt mij dat je dan nog meer pijn hebt! En bij de vijfde bazuin
lezen we:
…en
hun pijniging was als de pijniging van een schorpioen,
wanneer hij een mens gestoken heeft.
Hoe moeten we dat interpreteren? Want ik ben
nog nooit gestoken door een schorpioen en u misschien ook niet. Nu,
de Schrift zegt over de pijn:
…en zij zullen begeren te sterven,
vanwege de pijn lijkt mij. Dus levensmoe door uitzichtloos leiden.
Opb.9:6 En in die dagen zullen de mensen den
dood zoeken, en zullen dien niet vinden; (want) de dood zal van hen
vlieden.
Terug naar begin
Openbaring 9:1 De gevallen ster.
1 En de vijfde engel heeft gebazuind,
en ik zag een ster, gevallen uit den hemel op de aarde, en haar werd
gegeven de sleutel van den put des afgronds.
Allereerst wordt vooruit gegrepen naar
Openbaring 12, waar de satan en zijn personeel uit de hemel zijn
geworpen, bij de Opname van de Gemeente. Wij erin, zij eruit.
Satan is die ster (Jes.14:12) die uit de hemel is gevallen op de aarde. Er wordt dus opnieuw ingezoomd op deze gebeurtenis. Anders lijkt het dat er nog een ster na de Opname uit de hemel wordt geworpen. Aangezien dat niet kan, kan het dus alleen maar een teruggrijpen zijn naar een eerdere gebeurtenis, zoals de “opname van de Gemeente” in Opb.4:1. Het verhaal wordt als het ware opnieuw verteld. En dat komt in Openbaring vaak voor. Of satan direct bij zijn nederwerping (begin 70ste week) al de macht krijgt over de put des afgronds of pas hier (na de 70ste week / in de Dag des Heeren), weet ik niet. Wel is duidelijk dat satan pas hier, in het vijfde wee, de macht pas kan gebruiken om de put te openen.
Terug naar begin
Openbaring 9:2 Het openen van de put des afgronds.
Opb.9:2 En zij heeft den put des afgronds
geopend; en er is rook opgegaan uit den put, als rook eens groten
ovens; en de zon en de lucht is verduisterd geworden van den rook
des puts.
De term “put des afgronds” betekent
“de bodemloze put”.
Satan opent in het eerste wee deze
gevangenis van de geesten. Want een gevangenis zit op slot, en ook
deze “put des afgronds” zit op slot en kan alleen geopend worden als
je de sleutels hebt. Satan krijgt voor korte tijd daar de macht
over, want in Openbaring 20:1 zijn de sleutels weer terug bij
Christus.
·
Opb.20:1 En ik zag een engel afkomen uit den
hemel, hebbende den
sleutel des afgronds, en een grote keten in zijn hand;
Opb.9:2 En zij heeft den put des afgronds
geopend; en er is rook opgegaan uit den put, als rook eens groten
ovens; en de zon en de lucht is verduisterd geworden van den rook
des puts.
Als de put wordt geopend, dan komt er
rook uit. Dit is in eerste instantie geestelijk! Want de geesten
zijn niet zichtbaar, de bodemloze put evenmin. Het bijzondere is dat
het onzienlijke zienlijk, namelijk zichtbaar gemaakt wordt. Daarmee
ook de rook.
Terug naar begin
Openbaring 9:3. De uitbeelding van de sprinkhanen.
Opb.9:3 En uit den rook kwamen sprinkhanen op
de aarde, en hun werd macht gegeven, gelijk de schorpioenen der
aarde macht hebben.
Met een slag om de arm zou ik zeggen
dat deze sprinkhanen de voorstelling zijn van de gebonden engelen
die onder de hel zijn en die door satan losgemaakt worden.
De beste reden die ik daarvoor heb, is
dat de Bijbel ditzelfde toepast op de satan. In Openbaring 20 lezen
we dat satan bij aanvang van de duizend jaren gebonden wordt en na
de 1000 jaren ontbonden wordt. Daarmee is satan een type van zijn
personeel naar mijn bescheiden mening.
Want zoals de engelen gebonden zijn in
de afgrond, zo zal satan gebonden worden. En zoals de satan na 1000
jaren ontbonden zal worden, zullen deze engelen ontbonden worden.
Satan is immers een zelfde soort engel, zij het hoger in rang.
Deze engelen hebben ooit een
menselijke gedaante aangenomen en hebben door hun omgang (seks) met
de mens hun hemelse woonstede voorgoed verlaten en bleven daardoor
een engel in het vlees en daarmee sterfelijk. Bij hun dood verliet
hun geest de vleselijke woning en gingen zij een etage lager dan de
gevangenis van de geesten der mensen. Dat is wat de Bijbel
impliceert met het Griekse woord “Abussos”, wat vertaald is met “put
des afgronds” (bodemloze put). Synoniemen daarvan zijn: “Tartaroo”
(2Petr.2:4) en “onder de duisternis” (Jud.1:6).
Terug naar begin
Openbaring 9:3. Sprinkhanen en schorpioenen.
Nogmaals vers 3.
Opb.9:3 En uit den rook kwamen sprinkhanen op
de aarde, en hun werd macht gegeven, gelijk de schorpioenen der
aarde macht hebben.
Deze sprinkhanen die uit de bodemloze
put op de aarde komen, zijn hier in Openbaring 9 de uitbeelding van
de geesten die gebonden waren onder de duisternis.
Dan struikelen we direct over de
sprinkhanen die ineens vergeleken worden met schorpioenen. De
sprinkhanen die we in het N.T. tegenkomen is twee maal hier in
Opb.9. en we vinden ze nog twee maal in de Evangeliën (Matt.3:4,
Mark.1:6), waar gesproken wordt over sprinkhanen die Johannes de
doper at in de woestijn.
Voor schorpioenen geld eigenlijk
hetzelfde. De schorpioen wordt drie keer hier genoemd in Opb.9. In
vers 3, 5 en 10. En twee keer in de Evangelie van Lukas. In Lukas
10:19 en 11:12.
Volgens mij doen de sprinkhanen de
schorpioenen qua grootte niet veel onder. Beiden hebben een
schutkleur en beiden hebben een soort pantser aan de buitenkant.
Verschillen tussen beiden zijn er natuurlijk ook! Schorpioenen leven
veel meer solitair dan sprinkhanen. In het O.T. vinden we
beschrijvingen van sprinkhanenplagen. Daarbij gaat het om miljoenen
tegelijk. In maart 2013 was er nog een plaag van 30.000.000
sprinkhanen in Egypte.
Terug naar begin
Openbaring 9:4. Het beschadigen van de mensen.
Opb.9:4 En hun werd gezegd, dat zij het gras
der aarde niet zouden beschadigen, noch enige groente, noch enigen
boom, dan de mensen alleen, die het zegel Gods aan hun voorhoofden
niet hebben.
Deze drie laatste weeën zijn de climax
naar de totale openbaring van het Koninkrijk van Christus. 144.000
waren er verzegeld, maar kunnen nimmer, nooit, niet beschadigd
worden. Ik durf u niet te zeggen hoe het staat met hen, die door het
getuigenis van de 144.000 tot geloof zijn gekomen. Ik lees namelijk
niets over dat zij dan ook het zegel Gods aan hun voorhoofden
krijgen. Wel lees ik over de martelaren uit de grote verdrukking.
Terug naar begin
Openbaring 9:5. De macht om te pijnigen voor vijf maanden.
Opb.9:5 En hun werd macht gegeven, niet dat
zij hen zouden doden, maar dat zij zouden van hen gepijnigd worden
vijf maanden; en hun pijniging was als de pijniging van een
schorpioen, wanneer hij een mens gestoken heeft.
Terug naar begin
Openbaring 9:6. Uitzichtloos leiden.
Opb.9:6 En in die dagen zullen de mensen den
dood zoeken, en zullen dien niet vinden; en zij zullen begeren te
sterven, en de dood zal van hen vlieden.
Ik kan verder niet veel over dit vers vermelden, zij het dat het een uitbeelding geeft aan het existeren in de hel. Het is als de hel op aarde. Want in de hel lijdt men helse pijn (Luk.16:23,24,28), maar men kan daar niet aan ontkomen, omdat men niet kan sterven in de hel. Die situatie wordt kennelijk nagebootst op aarde voor een periode van vijf maanden.
Waarom slechts vijf maanden? Of waarom specifiek vijf maanden? De enige verklaring die ik u kan geven, is dat “vijf” slaat op verborgen dingen, die letterlijk gedurende 150 dagen zienlijk de mensheid pijnigen.
Terug naar begin
Openbaring 9:7. Hoe zien ze eruit?
En dan krijgen we de omschrijving van
deze sprinkhanen.
Opb.9:7 En de gedaanten der sprinkhanen waren
den paarden gelijk, die tot den oorlog bereid zijn; en op hun
hoofden waren als kronen, het goud gelijk, en hun aangezichten als
aangezichten van mensen.
Den paarden gelijk:
Van de sprinkhanen wordt gezegd dat zij in de
gedaante gelijk zijn aan paarden. Dat woordje “gedaante” komen we in
de Bijbel meestal tegen als het woord “gelijkenis”. Zoals in het
onderstaande vers wordt verduidelijkt.
Fil.2:7 Maar heeft Zichzelven vernietigd, de
gestaltenis eens dienstknechts aangenomen hebbende, en is den mensen
gelijk geworden;
Ik vermoed dat de gelijkenis met een
paard vooral slaat op wat er achter de komma staat, namelijk paarden
die oorlog klaar zijn. Werkpaarden. Imposante, grote wezens die
gebruikt worden in de strijd. En daarom denk ik dat de
“sprinkhanen”, grote wezens zijn van 148cm. tot ruim 2 meter. Dat is
namelijk de schofthoogte van de definitie “paard”.
Verder is een paard in de Bijbel de
uitbeelding van majesteit, dan wel heerschappij. En deze sprinkhanen
hebben macht gekregen, dat is een vorm van heerschappij.
Gouden kronen:
Sprinkhanen bij ons in de tuin hebben
geen kronen. Het gaat hier om de verwijzing van hun afkomst.
Namelijk de hemel. Ooit geschapen door de Here God: de Koning. En
van de engelen wordt gesproken met de term: zonen Gods. Deze zonen
Gods deelden in het Koningschap van de Koning, ieder in zijn
positie.
De sprinkhanen / paarden /
schorpioenen, kwamen ooit uit de hemel. Maar verlieten hun hemelse
positie, stierven en zijn om diezelfde reden in de put des afgronds
vastgehouden. Dus staat er niet dat zij gouden kronen droegen, maar
ze droegen iets dat op gouden kronen leek. Net als bij het paard
duidt het heerschappij aan.
In het
commentaar van Jamieson, Fausset en Brown, las ik nog dat zij de
kronen in verband brengen met de theedoeken op de hoofden van
Mohammedanen. Die tulbanden hebben dan een soort kroon die de boel
op zijn plaats houdt. Die zou dan goudkleurig zijn.
Aangezicht van
mensen:
Hoewel het geen mensen zijn, zien hun
gezichten er wel menselijk uit. Dit is volgens mij de uitbeelding
van het zienlijke. De klemtoon wordt hiermee gelegd op het
onzienlijke uit de bodemloze put, die geesten namelijk, zienlijk
worden. Want de mens, waarmee het vergeleken wordt, is geformeerd
uit het stof der aarde. De mens is dus stoffelijk en zichtbaar. En
dat is het tegenovergestelde van geestelijk en onzichtbaar. In het
commentaar van Jamieson, Fausset en Brown wordt gesproken over dat
zij wel bovennatuurlijk moeten zijn. Dat
is een ander woord voor buitenaards volgens mij.
Terug naar begin
Openbaring 9:8. Hoe zien ze eruit?
Opb.9:8 En zij hadden haar als haar der
vrouwen, en hun tanden waren als tanden van leeuwen.
Vrouwenhaar:
Het haar van de vrouw staat volgens mij
voor verleiding. Een vrouw verzorgt haar haar, omdat zij mooi wil
zijn. Ze wil mooi zijn en aantrekkelijk zijn, zodat ze een man kan
“verleiden” en zij zich kan voortplanten. Dat is dan wel heel
klinisch gezegd. Misschien heel kort door de bocht, maar het gaat om
verleiding. In dit geval, over deze geesten van gevallen engelen,
kunnen we misschien beter spreken over misleiding.
Tanden der leeuwen:
De leeuw is in de Bijbel soms ook wel
de uitbeelding van een hemelwezen. Christus Jezus, Die absoluut een
hemelwezen is, wordt in dit Bijbelboek de Leeuw uit de stam van Juda
genoemd (Opb.5:5). Verder kennen we ook de leeuw die rond gaat,
zoekende wien hij zou mogen verslinden (1Petr.5:8), de aanduiding
van een ander hemelwezen, namelijk de satan. Verder worden er ook
leeuwen gedood in de Bijbel, zoals door David en door Simson.
De leeuw staat voor koningschap en
heerschappij. Dat heb ik al eerder uitgelegd. Verder gaat het
specifiek om de tanden van de leeuw. Dat is zijn moordwapen. Tanden
snijden en verscheuren immers.
Terug naar begin
Openbaring 9:9. Hoe zien ze eruit?
Opb.9:9 En zij hadden borstwapenen als
ijzeren borstwapenen; en het gedruis hunner vleugelen was als een
gedruis der wagens, wanneer vele paarden naar den strijd lopen.
IJzeren
borstwapenen:
IJzer is bij
uitstek in de Bijbel het materiaal van wapentuig. Daniël sprak over
het ijzer in Dan.2:40 “…
aangezien het ijzer alles
vermaalt en
verzwakt; gelijk nu het ijzer, dat zulks alles
verbreekt, alzo
zal het vermalen en verbreken.”
Dat is ijzer. Maar hier wordt niet
gesproken over een wapen, maar juist over de bescherming tegen een
wapen, het borstwapen. Het borstwapen beschermt de vitale organen.
En ik vermoed dat deze borstwapenen van ijzer uitdrukking geven aan
de vitaliteit van deze wezens. Ik bedoel te zeggen, dat ze niet
gedood kunnen worden waardoor de pijniging van deze wezens net zo
erg is aan het begin van de vijf maanden als op de laatste dag van
de vijf maanden. Omdat ze niet beschadigd kunnen worden, laat staan
gedood kunnen worden.
Dus als er op dag 1 100.000 van deze
wezens op aarde de mensen pijnigen, dan zijn er op dag 150 ook nog
100.000 van deze wezens.
Vleugels, gedruis der wagens:
Vleugels zijn hier uitbeelding van hun
hemelse oorsprong. Alles wat vleugels heeft, beweegt zich voort door
de lucht, namelijk de hemel van de vogels (Gen.1:20). Sprinkhanen
hebben vleugels en die gebruiken ze als ze met miljoenen aan komen
vliegen. En dat geeft een immens lawaai.
Terug naar begin
Openbaring 9:10. Hoe zien ze eruit?
10 En
zij hadden staarten de schorpioenen gelijk, en er waren angels in
hun staarten; en hun macht was de mensen te beschadigen vijf
maanden.
Staarten:
Sprinkhanen met staarten. Staarten die op
die van de schorpioen lijken. Namelijk met een angel op het end.
Maar wat wil dat zeggen? Het Griekse woord wat met staart vertaald
is, is “Oura(s)”. En ik herken daar direct een gedeelte uit het
woord “Ouranios” dat “hemels” betekent. Ik vermoed dat hier
gezinspeeld wordt op hun oorsprong. Leuk om te noemen in dit verband
is de staart van die andere engel.
Het is de staart van de draak die een
derde der sterren met zich meetrok uit de hemel (Opb.12:4). En de
staart heeft weliswaar macht, maar is de uitbeelding van vernedering
ten opzichte van het hoofd, dat het meest hoog geplaatst is zegt
Deut. 28:13.
Tenslotte vond ik in mijn aantekeningen
en in commentaren over dit stuk de Schriftverwijzing naar Jesaja 9.
Jes.9:13 Daarom zal de Heere afhouwen uit
Israël den kop en den
staart, den tak en de bieze, op een dag.
Jes.9:14 (De oude en aanzienlijke, die is de
kop; maar de profeet, die
valsheid leert, die is de staart.)
Hoe zal ik dit opschrijven? Jes.9:14
spreekt over de staart, dat de profeet daarvan de uitbeelding is.
Het betreft een valse profeet in Jesaja. Okay, ik neem het even in
het algemeen. Wat doet een profeet? Een profeet verkondigt iets. En
dat “iets” dat is niet zichtbaar. Het is woord. En dat woord kan
zijn ingang bij iemand vinden, of niet. Wat doet het woord dan als
het ingang heeft gevonden bij iemand? Dan gaat het “werken”.
In Joh.14:28 zegt de Here, dat als zij
het woord dat de Heer tot hen gesproken had, Zijn werk had laten
doen, dat ze dan verblijd zouden zijn.
Hier in Opb.9:10 gaat het naar mijn beste
weten over een valse leer. Dat is de staart. En met die staart, dus
met die valse leer, wordt de mens gestoken. Dat steken gebeurt door
de angel. Uit die angel komt dus geen levend water(Joh.4:14), maar
gif. En dat gif doet zijn werk in iemand.
Hoe zit dat dan met het pijnigen? Ik denk
dat deze wezens een valse leer verkondigen die zijn werk direct zal
doen. Iedereen overkomt het wel eens dat iemand een opmerking maakt.
En hoe ze het doen, geen idee, maar je bent direct van je à propos.
Dan hebben de woorden van iemand zijn werking in je gedaan! En dan
gaat het in je werken, zoals gif. En dat zorgt ervoor dat je
verschrikkelijk boos of verdrietig wordt. Deed dat lichamelijk pijn?
Nee, maar innerlijk heeft het je wel verschrikkelijk pijn gedaan.
Misschien wel zoveel pijn, dat als je er nu weer aan terugdenkt, je
weer boos kunt worden.
Terug naar begin
Openbaring 9:11 De schorpioenenkoning.
Opb.9:11 En zij hadden over zich tot een
koning den engel des afgronds; zijn naam was in het Hebreeuws
Abaddon, en in de Griekse taal had hij den naam Apollyon.
Deze sprinkhanen hebben een koning
over zich. Maar zegt Spreuken:
Spr.30:27
De sprinkhanen
hebben geen koning;
nochtans gaan zij allen uit, zich verdelende in hopen.
Deze sprinkhanen uit Openbaring 9
hebben een koning over zich. Maar omdat sprinkhanen volgens Spreuken
geen koning over zich hebben, zit je met een dilemma. De sprinkhanen
uit Openbaring 9 lijken vooral op één ander dier: de schorpioen! En
de schorpioen heeft wel een koning, maar dat lezen we niet
letterlijk in de Bijbel.
De schorpioenenkoning was een
Egyptische koning uit de tijd van Nimrod (gen.10:8) volgens mij. Het
grappige is dat deze Egyptische heerser dan ook nauwe banden heeft
gehad met het Babel van Nimrod. De wetenschap benoemt dat anders,
namelijk “Mesopotamische invloed”. En laat nou Babel en haar val één
van de belangrijkste onderwerpen van dit Bijbelboek zijn. Frappant
toch!
De schorpioenenkoning is afgebeeld met
wezens die “slang-nek-panters” genoemd worden en de zogenoemde
“Chimaira”. Deze laatste is een Grieks mythologisch wezen. En voor
wat betreft Griekse mythologie en de Bijbel… De Here Jezus Zelf
noemt Grieks mythologisch wezen bij naam! Dat is in Matt.12:40, waar
de Heer de Ketos uit de Griekse mythologie noemt. En aangezien de
Heer de Waarheid is en zegt dat Jona drie dagen in de buik van dit
zeemonster zat, zou ik daar niet aan twijfelen. Tevens onderstreept
de Heer dat Griekse mythologie meer is dan verzinselen en uiteraard
veel minder is dan de waarheid. Want dat is Hij Zelf. Met deze
woorden zal ik ongetwijfeld verkettert worden door sommigen, maar de
Bijbel zinspeelt talloze malen op Griekse mythologie. Dat kan je
gewoon niet negeren!
Melle’s noot aangaande fabeldieren, samengestelde – en
mythologische wezens.
Maar deze Chimaira is een monsterlijk
wezen dat samengesteld is uit meerdere beesten. Daar wil ik één keer
iets over zeggen. We vinden in de mythologie nogal wat samengestelde
wezens. Denk aan de Faun
(half mens, half bok),
de zeemeermin
(half mens, half vis), de Centaur
(half mens, half paard),
de Griffioen
(half leeuw, half arend) en de Sfinx
(half mens, half leeuw).
Ik ben van mening dat toen de zonen Gods naar de aarde kwamen en
gemeenschap hadden met de mensen, dat zij ook hebben ‘geknoeid’ met
de dieren. En dat we daarom in de mythologie bekend zijn geworden
met deze dieren.
In de Bijbel vinden we trouwens ook
samengestelde dieren, bijvoorbeeld in Daniël 7 en zeker in
Openbaring. Nota bene voor de troon van God, in Openbaring 4 vinden
we vier “wezens” en in Openbaring 13 vinden we ook een samengesteld
dier. Deze dieren in de Bijbel, maar ook in de mythologie beelden
iets uit. Maar van de mythologische samengestelde dieren blijf ik
van mening dat het samenstellen van deze dieren haar oorsprong vindt
bij de “sprinkhanen” uit Openbaring 9. Dan is het niet zo
verwonderlijk dat ze ook zo beschreven worden.
Maar deze Chimaira bestaat uit een kop
van de leeuw, een lichaam van een bok (of op de rug van de leeuw een
geitenkop) en met een slang als staart.
Wat vind ik nu opmerkelijk om te
noemen? De schorpioenenkoning wordt hier genoemd de koning van de
sprinkhanen. En als we naar zijn naam kijken, komen we uit bij de
satan. En die wordt beeldend beschreven als… de koning van Egypte,
die in die hoedanigheid een rol speelt in de eindtijd.
Dat is dat stuk uit Ezechiël over de
bomen uit de hof van Eden, die verwijzen naar de engelen die met de
Heer in de hof waren en de hof bouwden.
Farao wordt in Ez.29:3 “die grote
zeedraak” genoemd. Hoezo mythologie!
Ez. 29 tot en met 32 gaan over satan
als heerser over Egypteland. En in hoofdstuk 31 vinden we dan ook
die connectie met de engelen uit Eden. Voor meer info:
De gevallen ster uit Openbaring 9 vers
1, die de sleutel kreeg, is satan, die dus ook beeldend beschreven
wordt als de Farao, de (buiten Bijbelse) schorpioenenkoning. En dan
controleren we of dat klopt.
11 …de
engel van de afgrond; zijn naam was in het Hebreeuws Abáddon, en in
de Griekse taal had
hij de naam Apollyon.
Abaddon wil zeggen vernietigen. Daar
vinden we een Schriftverwijzing bij naar Joh.8:44.
Joh.8:44 Gij zijt uit den
vader den duivel,
en wilt de begeerten uws vaders doen; die was een mensenmoorder van
den beginne, en is in de waarheid niet staande gebleven; want geen
waarheid is in hem. Wanneer hij de leugen spreekt, zo spreekt hij
uit zijn eigen; want hij is een leugenaar, en de vader derzelve
leugen.
Ik wil u graag wijzen op het spreken
van de satan. Hij spreekt uit zijn eigen en dat is de leugen. Ik
verwacht dat de geesten uit de put des afgronds, die onder direct
gezag van satan staan, hem hierin volgen en beginnen te spreken. In
het allereerste contact dat satan met een mens had, begon hij
trouwens direct te spreken en dit “gif” werkte direct in Eva, met
als gevolg dat ze van de boom at.
Dat de naam van deze engel in
Hebreeuws en Grieks is, heeft volgens mij de betekenis die we ook in
de apostolische brieven tegenkomen, namelijk “eerst de Jood, en ook
de Griek…”. Paulus zegt over deze twee verschillende groepen, dat
het aards is om ze te scheiden, omdat ze in Christus Jezus één zijn.
In het
Grieks heet hij Apollyon. Dat is van het Griekse woord
“apollumi”, dat verderven betekent.
Joh.3:16 Want alzo lief
heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven
heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet “apollumi”,
verderve, maar het eeuwige leven hebbe.
Terug naar begin
Copyright © 2015 Melle Velema - Eindtijd in Beeld [Eindtijdinbeeld.nl]. Alle rechten voorbehouden.
Laatst bijgewerkt: 16 juni 2015.
Deze site is vrijwilligerswerk. Wilt u Eindtijd in beeld financieel willen steunen? Uw gift is van harte welkom. NL85RABO0118372378